Onze hersenen bestaan niet alleen uit de grote hersenen (cerebrum), maar ook uit de kleine hersenen (cerebellum) (zie foto links onder). Het cerebellum ligt in de achterste schedelgroeve en bestaat uit 3 kwabben: de voorkwab (lobus anterior), de achterkwab (lobus posterior) en de flocculonodulaire kwab (zie foto rechts onder).

cerebellumonderdelen cerebellum

Het grote aantal zenuwcellen (neuronen) dat zich bevindt in het cerebellum verraadt dat ook de kleine hersenen een belangrijke rol spelen in het dagdagelijkse functioneren van de mens. In het cerebellum liggen maar liefst 80% van alle hersencellen. Verbindingen tussen die cerebellaire zenuwcellen en verschillende gebieden in de grote hersenen zorgen voor de ontwikkeling van hersengebieden en zijn belangrijk voor het leren van talrijke vaardigheden (bijv. zien, bewegen, spreken) (zie ook artikel plasticiteit).

De voornaamste functie van het cerebellum is de coördinatie van bewegingen zodat deze vlot en nauwkeurig verlopen. De kleine hersenen zorgen voor de fijne afstelling tussen waarneming en beweging. Planning en tijdsinschatting blijken eveneens belangrijke functies van het cerebellum. Zo kunnen mensen met beschadigingen in het cerebellum niet goed het moment van een toekomstige gebeurtenis voorspellen. Dit is bijvoorbeeld nuttig wanneer men wil anticiperen op de bewegingen van een tegenstander in een competitiesport (bijv. tennis) om vervolgens gepast te kunnen reageren.

Een eenvoudig testje om te zien of er sprake is van schade in het cerebellum is vragen of iemand met zijn wijsvinger het puntje van zijn neus kan aanraken met de ogen dicht. Er bestaan ook heel wat varianten op deze test om cerebellaire schade vast te stellen:

Dat het cerebellum essentieel is voor de motorische coördinatie is al lang geweten. Maar zijn de kleine hersenen ook belangrijk voor hogere cognitieve functies zoals taal, aandacht …? Lange tijd dacht men dat enkel de grote hersenen hier een rol in speelden. Klinisch onderzoek heeft aangetoond dat het tegendeel waar is. Prof. Peter Mariën van de VUB beschreef verschillende patiënten bij wie na een hersenbloeding/infarct in het cerebellum, niet enkel motorische problemen, maar ook talige/spraakproblemen (zoals afasie, articulatieproblemen) optraden. Ook kinderen die geopereerd worden omwille van een tumor nabij/in het cerebellum vertonen ernstige taal/spraakproblemen waarbij er zelfs een periode van mutisme (niet spreken) kan optreden (posterior fossa syndroom).

We vertelden al dat de kleine hersenen via verschillende banen verbonden zijn met gebieden in de grote hersenen (zie foto onder). Bij schade in het cerebellum kan ook de connectie met het cerebrum aangetast zijn waardoor de communicatie tussen beide gebieden kan verstoord worden. Dit fenomeen wordt diaschisis genoemd. Bijgevolg kunnen cerebellaire letsels cognitieve problemen (verminderde aandacht/concentratie) alsook affectieve problemen veroorzaken die typisch gekoppeld worden aan gebieden in de grote hersenen (bijv. de frontale kwab). Met andere woorden een letsel in de kleine hersenen kan van op afstand problemen veroorzaken in de grote hersenen door een verstoorde connectie tussen beiden hoewel er geen letsel in de grote hersenen te vinden is.

cerebrocerebellaire banen

Ben je ondertussen uitermate geïnteresseerd in taal en het cerebellum, lees dan zeker de consensuspaper: Language and the Cerebellum: an ongoing enigma (Mariën, P. et al., 2013).