Zo’n 72 jaar nadat ze gezonken zijn tijdens een onderzeese slag in WOII,  zijn de Duitse duikboot U-576  en haar laatste slachtoffer, het Amerikaanse vrachtschip Bleufields, gelokaliseerd op de bodem van de Atlantische Oceaan. Met deze wrakken zijn twee stille getuigen van de langstdurende campagne tijdens de Tweede Wereldoorlog teruggevonden.

Tussen kapers en wolven

Het verhaal begint in de zomer van 1940: de Duitse Kriegsmarine wilde Groot-Brittannië in een wurggreep houden door de vitale maritieme aanvoerlijnen van Groot-Brittannië te blokkeren. Een blokkade van de Britse havens was echter geen optie: de Royal Navy was oppermachtig en de Duitse oppervlaktevloot maakte geen schijn van kans in een directe confrontatie. Om de aanvoerroutes te kunnen blokkeren, moesten de koopvaardijschepen onderschept en tot zinken gebracht worden tijdens hun lange en trage reis over de Atlantische Oceaan.

In de eerst plaats zette de Kriegsmarine hiervoor kaperschepen ingezet. Dit waren snelle moderne slagkruisers of bewapende en vermomde Duitse vrachtschepen. Ondanks enkele zeges was de impact te beperkt en na het verlies van het Duitse slagschip Bismarck werd de tactiek opgegeven. Het waren de U-boten die het succesvolst bleken. Door de combinatie van nieuwe tactieken met het gebruik van de veroverde Franse havens, bleek het U-boot wapen een meer dan geduchte tegenstander voor de Royal Navy en een terreur voor de geallieerde koopvaardijvloot.

Het doel was simpel: meer handelsschepen doen zinken dan dat er konden worden bijgebouwd. Onderzoekers weten niet hoe dicht Groot-Brittannië toen juist bij de afgrond stond, maar in de periode tussen de herfst van ‘40 en die van ’41 was de ondergang zeker niet veraf. De Duitse U-boot bemanningen noemde deze periode de ‘gelukkige tijd’. Vele honderden koopvaardijschepen vielen ten prooi aan de Duitse ‘wolfpacks’, een tactiek waarbij alle onderzeeërs van de Duitse ‘roedel’ het vijandelijk schip (‘de prooi’) tegelijkertijd vanuit meerdere hoeken aanvielen.

De Britten slaagden er maar moeilijk in het tij te keren. Pas in het najaar van 1941 kon de Royal Navy rekenen op de extra middelen en nieuwe technieken die ze nodig had om de strijd ten volle aan te gaan met de U-Boot dreiging. De eerste ‘gelukkige tijd’ liep ten einde om echter al snel opgevolgd te worden door een tweede ‘gelukkige tijd’.

De aanval op Amerika

800px-Allied_tanker_torpedoed-300x216

Op zondagochtend 7 december 1941 werden de Verenigde Staten verrast door de aanval op Pearl Harbour. Onder de naam ‘operatie Paukenschlag wisten de Duitsers die verrassing een aantal maanden later te herhalen. De Duitse Marine stuurde  enkele van hun beste eenheden richting de Amerikaanse Oostkust op zoek naar eenvoudige prooien. Niemand had verwacht dat de Duitsers zo ver zouden varen en de Verenigde Staten bleken slecht voorbereid: het succes van de Duitse operatie was enorm.

 

De bewuste U-576 nam verschillende keren deel aan de operatie Paukenschlag. Op 14 juli 1942 bracht ze het vrachtschip ‘Bleufields’ tot zinken en beschadigde nog twee schepen uit hetzelfde konvooi voordat ze zelf tot zinken werd gebracht. Hoewel de Duitse operatie toen als een succes kon worden beschouwd, maar tijdens de U-boot operaties was er ook enorm veel verlies voor de Duitsers. De U-576 was één van 783 Duitse U-boten die tijdens de Tweede Wereldoorlog haar thuisbasis niet haalde en 75% van de Duitse U-boot bemanningen verloren het leven. De plaats in de Atlantische Oceaan wordt door Duitsland beschouwd als een militaire begraafplaats.

Afbeelding: Wikipedia