In een vorige fotoblog bracht ik verslag uit van ons veldwerk op enkele gletsjers in Centraal-Azië. Maar wist je dat er ook dichter bij huis veel gletsjers zijn? In Europa vinden we gletsjers in de Alpen, Pyreneeën, Scandinavië en Ijsland. Ook hier zijn ze een bron van zoet water, dat gebruikt wordt voor de landbouw en het opwekken van elektriciteit. Bovendien zijn ze belangrijk voor het toerisme.
Maar net zoals elders in de wereld, smelten de Europese gletsjers door de opwarming van het klimaat steeds sneller. Hoewel dit 20 jaar geleden al duidelijk was, waren er toen nog maar weinig gletsjers waarvan het afsmelten ook jaarlijks precies werd opgemeten.

Ooit bedekte de Morteratsch-Pers gletsjer de hele U-vormige vallei. Maar door de klimaatopwarming wordt hij al decennialang elk jaar steeds kleiner.
METEN IS WETEN
Daarom start de Ice & Climate onderzoeksgroep van de VUB in 2001 met het opmeten van de Morteratsch-Pers gletsjer in Zwitserland, een van de grootste gletsjers in de Alpen. De metingen tonen aan dat de gletsjer elk jaar sneller smelt door de stijgende zomertemperaturen. Ook vandaag de dag blijven we met de onderzoeksgroep dit veldwerk voortzetten. Want alleen genoeg metingen, over lange tijd, kunnen ons leren hoe deze natuurlijke systemen in elkaar zitten en hoe ze evolueren.

In 1973 bestaat de Morteratsch-Pers gletsjer nog uit een linker- en een rechterdeel, die hier samenvloeien (www.swisseduc.ch).

Maar ondertussen is hij zoveel gekrompen, dat hij in twee aparte gletsjers is opgebroken: de Morteratsch gletsjer bovenaan de foto en de Pers gletsjer onderaan, die al bijna uit beeld is verdwenen (www.swisseduc.ch).
Ouderwets of hoogtechnologisch
Anno 2022 is de bereikbaarheid van deze gletsjers nog steeds een enorm voordeel. Met de kabelbaan vanaf de parking, komen we aan in een heus berghotel boven op de bergwand, met uitzicht op de Morteratsch gletsjer in de vallei onder ons. Na een stevig ontbijt, starten we aan de afdaling. Het meetmateriaal dat we meenemen, bestaat ditmaal uit een stoomboor en tientallen lange plastieken stokken, evenals een drone.

Deze draagbare stoomboor (vooraan) werd in de jaren negentig speciaal ontworpen voor het opmeten van gletsjers. Het toestel wordt over de hele wereld gebruikt en de Duitse bedenker, Erich Heucke, maakte alle exemplaren zelf.
Met de stoomboor boren we smalle gaten in het ijs, ongeveer twaalf meter diep. De stokken, elk anderhalve meter lang, plakken we met stevige tape aan elkaar tot één lange stok. Die steken we in het geboorde gat en vervolgens meten we hoe ver deze nog boven het ijs uit steekt. Een jaar later, aan het einde van het smeltseizoen (rond eind september – begin oktober) meten we dezelfde stok opnieuw. Zo weten we precies hoeveel het ijs op een jaar tijd is gesmolten.

Het twaalf meter diepe gat boren met de stoomboor kan soms wel twee uur duren. Bij mooi weer kunnen we er dus maar beter even bij gaan zitten.

Vooraleer we de plastieken stokken vervolgens in het gat laten zakken, plakken we ze een voor een stevig aan elkaar. Tenslotte meten we hoeveel de stok nog boven het ijs uit steekt.

Het is belangrijk dat de stokken uit een materiaal bestaan dat amper opwarmt, zoals dit lichtgrijze plastiek. Zo smelten ze niet vanzelf dieper in het ijs wanneer de zon schijnt.

Elk jaar komen we terug om de stokken opnieuw te meten en te vervangen. Omdat de gletsjer onderaan sneller smelt dan bovenaan, verspreiden we onze stokken over de hele gletsjer. Zo weten we hoeveel ijs er in totaal, over de hele gletsjer, is gesmolten.
Tegenwoordig is er ook een meer hoogtechnologische methode om het smelten van gletsjers in kaart te brengen. Hiervoor maken we met een drone luchtfoto’s van de volledige gletsjer. We letten erop dat deze foto’s onderling overlappen. Ook meten we met een GPS nauwkeurig de hoogte op van enkele herkenbare punten op de foto’s (grote stenen bijvoorbeeld). Met deze opgemeten punten en overlappende luchtfoto’s kunnen we de hoogte van het volledige gletsjeroppervlak reconstrueren. Een beetje zoals een 3D-maquette. Als we dit een jaar later herhalen, kunnen we het hoogteverschil bepalen tussen beide tijdstippen en dus het totale volume ijs dat op een jaar tijd gesmolten is.

De laatste jaren brengen we het smelten van de gletsjer zowel met de stoomboor en stokken, als met de drone in kaart. Zo kunnen we beide methodes vergelijken en onze meetreeks ononderbroken verderzetten.
Crevasses en een vliegcrash
Na enkele dagen nemen we nog snel een laatste douche vooraleer we verder trekken naar de berghut aan de andere kant van de vallei. Van hieruit kunnen we het veldwerk verderzetten op de Pers gletsjer.
Maar dit jaar gaat het tijdens deze oversteek naar de Pers gletsjer even mis. Een deel van de groep loopt zichzelf vast tussen de crevasses, diepe spleten in het ijs. We moeten een heel eind naar beneden en terug naar boven klimmen, over de smeltwater rivier die vooraan uit de gletsjer stroomt, waardoor we veel tijd (en energie!) verliezen en die dag dus geen metingen meer kunnen uitvoeren.
Alsof dat niet voor genoeg frustraties zorgt, vliegt onze drone de volgende dag (door een onderbroken verbinding) zichzelf te pletter tegen de bergwand. Gelukkig is er al bij al enkel materiële schade en zijn de metingen niet verloren.

Elke dag begint met een afdaling van het berghotel of de berghut naar de gletsjer (en eindigt dus met een stevige klim).

Crevasses kunnen soms tientallen meters diep zijn. Ze ontstaan door spanningen in het ijs, dat heel traag door de vallei vloeit.

Al het smeltwater komt onderaan de gletsjer samen, en stroomt als een heuse rivier verder naar beneden.
Ultimum remedium of ijdele hoop?
Met hernieuwde moed, vervangen we op de laatste dag onze laatste stok helemaal onderaan de Pers gletsjer, waar het ijs het snelste smelt. Ook dit jaar is de gletsjer hier, net als de laatste jaren, zo’n 10 meter dunner geworden.

Om te laten zien hoe hoog het ijs er vorig jaar nog was, proberen we alle stokken die zijn uitgesmolten terug op elkaar te zetten, maar het zijn er te veel.
Om het afsmelten van de Morteratsch gletsjer tegen te gaan, kwamen een Zwitserse en Nederlandse onderzoeker ondertussen met het idee om op grote schaal sneeuwkanonnen in te zetten. Hoewel ze konden aantonen dat dit het afsmelten van het ijs lokaal tegenhoudt, hangt er een enorm prijskaartje aan vast. Bovendien waarschuwen andere experts dat het afsmelten van een gehele gletsjer nooit op die manier en op zulke schaal kan worden tegengehouden. Het verderzetten van onze meetreeks, na het uitrollen van dit experiment, zal dit verder kunnen uitwijzen.

Ons veldwerk werd ook in beeld gebracht en uitgezonden op VRTNWS.
Bekijk de reportage van VRTNWS
Gletsjers in de Zwitserse Alpen smelten almaar sneller, “dit is de opwarming van de aarde voor onze ogen”
Wil je op de hoogte blijven van het onderzoek van Chloë en haar collega’s? Je vindt de links naar hun website en Twitterpagina hieronder: